In de vroege 18e eeuw zijn de trechtervormige pijpenkoppen nog wat hoekig, met een steel die al wordt verdund, maar nog veel dunner kan. Na 1710 begint al de verandering naar rondere vormen, die uiteindelijk zullen leiden tot het ovaalvormige model. De meeste eenvoudige trechterpijpen uit deze periode hebben nog een hiel en niet zoals na 1710, een spoor.
Eenvoudige soort
Eenvoudige trechtervormige pijpenkop uit de periode 1695-1705, eenvoudig model, herkomst onbekend.
Kenmerken: onbehandeld oppervlak, ketel overtuigend trechtervormig. Mogelijk een in onbruik geraakte vorm van een goede kwaliteit trechtervormige pijp, die na veel persen en snel veranderende vormgeving in het eenvoudiger segment terecht is gekomen.
Luxere soort
Goudse trechtervormige pijpenkop uit de periode 1700-1710. Gemerkt met wijnton gekroond. Deze pijp is van goede kwaliteit, de pijp is geglaasd en gemerkt. Opvallend aan de pijpen uit deze periode is de nog wat hoekige vormgeving en een steel die niet meer dik, maar ook nog niet dun is.