Stelen met decoratie uit de 18e eeuw


Florale motieven

Florale motieven  zijn veel gebruikt en komen in allerlei vormen voor als steeldecoratie.

Vanaf het midden van de 18e eeuw tot aan de 20e eeuw wordt deze versieringsvorm populair. Het gaat om langgerekte bloemenslingers met vaak ook details als springende hondjes ertussen.


Schubben

Schubben worden in de 18e eeuw een belangrijk versieringsmotief.


Duits en voor Duitse export

Vissen: Waar in Nederland pijpen met het Jonas in de walvisthema begin 1700 ophoudt te bestaan, daar komt in Duitsland de pijp met een visdecoratie op de steel juist in gebruik. Met Jonas heeft het niets te maken, de koppen van deze pijpen zijn onbewerkt. De huid van de vissen bestaat uit schubben of punten en vaak staat de naam van de pijpenmaker languit in een vak op de steel, in deze decoratie.

Namen: Deze wijze van de naam van de pijpenmaker als reclame meegeven is typisch Duits en wordt later in de 19e eeuw in Nederland overgenomen op 19e eeuwse Peter Dorni pijpen.


Diagonale banden

Diagonale banden, afgewisseld met stippenrijen, komen meestal voor achter versierde pijpenkoppen.


Afsluitingen van decoratie (een steel was meestal maar voor een deel versierd)

Sommige motieven zijn ook nog in de 19e eeuw gebruikt en zijn niet altijd makkelijk te dateren.

Vaak staan op deze goed gedecoreerde stelen ook de namen van de pijpenmakers. Zo staat hier bijvoorbeeld 'OVERWESEL', en 'IN GOUDA'.


Stippen en stippenringen

Versieringsvorm uit de late 17e en vroege 18e eeuw. De bijbehorende pijpenkoppen waren ook van stippenpatronen voorzien.


Arceringen