Wanneer je op een gietpijp van witte klei een wit plaatje plakt en hem vervolgens lakt, dan zie niets terug van het plaatje. Waarom gebeurde dit dan? Het gaat hier om pijpen die de benaming 'doorroker' meekregen. De gietklei waar de pijpen van werden gemaakt had meer de neiging om bruin te kleuren dan de dikkere klei waar kleipijpen van werden geperst. Dit werd ten voordele gebruikt door een 'geheim' plaatje toe te voegen dat wit bleef, terwijl de pijp bij het roken bruiner werd. Zo kon na een aantal keer roken pas gezien worden wat er nu eigenlijk op de pijpenkop was afgebeeld. Heel spannend natuurlijk, al bleven al die plaatjes, zover ik weet, binnen het fatsoenlijke.
Rondbodem model gietpijp uit het begin van de 20e eeuw. De pijp is gevonden in de regio van Leiden en is even gerookt geweest, zodat de afbeelding valt te bekijken, al is die niet heel duidelijk. Het gaat om een vroeg model vliegtuig dat boven een Hollandse horizon vliegt. Boven het vliegtuig staat: JAN OLIESLAGERS'.
Het verhaal hierachter is interessant, want Jan Olieslagers was een Belgische luchtvaartpionier. In 1910 vloog hij (als show) boven een aantal Nederlandse steden in een Bleriot XI en op 22 september 1910 maakt hij een eerste overlandvlucht van Rotterdam naar Gouda. Het zal voor vrijwel iedereen in Nederland de eerste keer zijn geweest dat ze überhaupt een vliegtuig zagen. Dat de landing bij Gouda reden is geweest om een plaatje te maken op gietpijpen is best mogelijk, maar de nieuwswaardigheid van de gebeurtenis is al voldoende reden. Hoewel veel transfers op gietpijpen van een hele algemene categorie waren, is het juist de actualiteit van dat moment die deze pijp iets meer cachet geeft.