Hoewel kleipijpen gedurende hun hele bestaansperiode zijn versierd met bloemen en bladmotieven, leende de periode rond de eeuwwisseling van de 19e - naar de 20e eeuw zich goed voor natuurlijke motieven, zeker toen de Jugendstil of Art-Nouveau periode zich aandiende. Een opvallend groot aandeel kleipijpen uit deze periode is sierlijk gevormd of verlucht met plantmotieven, zowel figuratief als figuraal.
Shagmodel pijpenkop met een lob op de voor en achterzijde, zoals beschreven in 'een lob op de naden'. In dit geval is de pijpenkop aan twee kanten bewerkt met een bloem- en bladmotief, als een fantasieboeket. Deze pijp kwam veel voor op de markt en vaak zijn er tussen pijpenkoppen onderling allerlei kleine variaties te ontdekken.
Isabé model pijp met eenzelfde decoratie als hierboven is beschreven. Op de persnaden is een lob aangebracht en op de zijden een fantasieboeket. De mal van de afgebeelde pijpenkop is versleten geweest.
Rondbodem pijpenkop met zes figuratieve bladeren als lobben om de pijpenkop, uitgevoerd in rode klei. Op de persnaden van de pijpenkop zit een extra lob. Het model is gemaakt door Goedewaagen.
Geometrisch bladmotief met parels. Van deze pijpen bestaan meerdere uitvoeringen, gemaakt door de grote Goudse fabrieken uit het einde van de 19e eeuw (meestal Van der Want, Goedewaagen).
Uitvoering waarbij de arcering van de bladeren is gestippeld, in plaats van een doorlopende lijn te zetten.
Uitvoering waarbij de bladeren diagonaal zijn gearceerd en tussen blad en parels een extra lijn met stip is aangebracht, als een eenvoudig weergegeven bloem.
Korte rondbodem (shagmodel) met een lobben-achtig uiterlijk, de lobben zijn hier alleen vervangen door bladeren met een lange nerf met aan twee zijden geschulpt blad. Aan beide zijden staan drie bladeren.
Pijpenkop (kromkop of Isabé) met een motief van in totaal vier hoge bladeren die vanuit de onderkant omhoog gaan. Tussen de bladeren steken stengels met eenvoudige stipvormige bloemen uit. De pijp is geheel met een geelgroene kleurstof geverfd geweest.
Shagmodel pijpenkop uit de periode 1875-1925. De pijpensteel is gedecoreerd als boom of boomtak, om de pijpenkop strekken zich vervolgens korte, kleinere takken uit. De pijpenkop zelf is er het onbewerkte middelpunt in. Bij bodemvondsten is vaak de tak van de roker af stuk, zoals ook bij dit model. Het duidelijkst zichtbaar is dat op de foto van de onderkant van de pijp.
Sigarettenpijp model kromkop, met op de steel en zijden van de kop een guirlande van bladeren en bloemen. Op de zijkant van de hiel staat het wapen van Gouda, maar de pijp is niet gemerkt. In de kop is met enige uitlichting te zien dat er een kleibolletje is blijven zitten. Dit bolletje of halve bolletje klei is een product van het uitsteken van het steelgat, het blijft voor op het ijzerdraad zitten. Normaal wordt dit uit de kop verwijderd, maar hier is het nog aanwezig.
Kromkop model pijpenkop met spoor uit de periode 1875-1900. Er is hier geen sprake van een lob op de naden, maar een decoratie met een floraal motief op de naden. Bij gebrek aan een passende groep staat de decoratie hier afgebeeld. Dit is meteen een probleem van de vormenrijkdom van de periode 1875-1900: veel modellen zijn niet direct ergens in te delen.
Manchetpijp met op de manchet en op de bodem van de pijpenkop bladmotieven. De kop is verder onbewerkt gelaten. De spoor lijkt op een rups of insect, die boven de bladeren uitsteekt, met twee grote stipvormige ogen. Op de manchet staat de volgende tekst: links GOEDEWAAGEN & ZOON, rechts GOUDA en 536. Dit getal slaat op het catalogusnummer waaronder deze pijp bij Goedewaagen werd ondergebracht. Een soortgelijk model is gemaakt met een figurale duif op de steel, met modelnummer 469.
Klein model rondbodem pijp met twee verschillende bladermotieven. De onderste helft van de pijpenkop is gepointilleerd met rijen kleine stipjes. Dit motief loopt door tot een verticale band op de steel, niet lang achter de steelovergang. Op de kop wordt het bovenste gedeelte van het motief bedekt door een slingerende plantentak met bladeren en vruchten. Aan de onderzijde van de pijpenkop zit een blad, dat met zijn punt als een klein spoor uitsteekt.
Klein model kromkop met spoor. De pijp is oorspronkelijk gemaakt door de firma Jan Prince & Cie en later overgenomen door Pieter van der Want Gzn. De onderste derde van de pijpenkop bestaat uit 16 lobben die doorlopen tot lijnen op de steel. Daar worden ze afgesloten door een verticale band. Boven de lobben loopt een floraal motief met voluten en bladeren. De spoor is aangepast tot een gestileerd eikeltje.
Kromkop of zelfs Isabé model pijp met 16 lobben op de onderste kwart van de kop. Boven de lobben is een geometrisch ranken met bladmotief aangebracht. de bovenste helft is onbewerkt gebleven. De pijp is gemerkt met het merk molen, in deze periode in gebruik door de familie Sparnaaij.
Ovaalvormig model pijp met acht lobben als floraal motief om de kop. De stijl heeft iets weg van Jugendstil door de glooiende lijnen en komt daarmee eerder van fabrieken zuidelijker dan Nederland. De vorm is daar aangeschaft en hier gebruikt. De lobben hebben een contourlijn en zijn bedekt met een stippenmotief die langs de randen fijner is. Op de steelaanzet begint een bladmotief van waaruit ook de spoor ontspringt, als een naar voren en omlaag stekende bladpunt.
Een blad onder de kop
Variaties op hetzelfde thema zijn deze pijpen met een blad onder de pijpenkop. De versiering loopt door op de steel maar houdt daar al snel op. De vorm van het blad verschilt en ook de vorm van de pijpenkop. Een enkele pijp heeft een lob of een klein hieltje. De standaard uitvoering is een rondbodem model pijp met een wat naar voren stekend, geabstraheerd blad.