Het alliantiewapen van Anna en Willem


Willem IV van Oranje, in 1734 getrouwd met de Engelse prinses Anna van Hannover, werd in 1747 aangesteld tot erfstadhouder van de republiek der Nederlanden, om zo enige bescherming te bieden aan de Nederlandse gebieden in politiek roerige tijden.

Verschillende pijpenmakers sprongen in op deze gebeurtenis en maakten speciale gelegenheidspijpen, die in de periode 1740-1750 met maximale precisie door graveurs werden uitgevoerd. Op één van de uitvoeringen staat het alliantiewapen. Op deze pijp staat naar de roker toe links het wapen van Anna van Hannover in een cirkel, met daaromheen de tekst 'honi soit qui mal y pense'. Er tegenaan rechts staat het stadhouderlijk wapen van de verenigde provincies, een staande leeuw in de Hollandse tuin met zwaard en pijlenbundel. In de cirkel om de leeuw staat 'eendracht maakt macht'. Boven de wapens staat een overkoepelende kroon.

Bij het wapen van Engeland en dat van Anna van Hannover staat normaliter links een gekroonde leeuw en rechts een geketende eenhoorn die het wapenschild ophouden. Op deze pijp staat de eenhoorn links en de leeuw rechts. De 'dichterlijke vrijheid' kan het resultaat zijn van een vergissing in het ontwerp van de graveur, die ten allen tijde in spiegelbeeld moet denken. Ook kan gedacht zijn, in de lijn van traditionele macht, dat de gekroonde leeuw toegewezen moest worden aan Willem IV en de eenhoorn aan zijn vrouw.


Kort ovaalvormig model pijpenkop uit de periode 1740-1750. Naar de roker toe staat het alliantiewapen in twee cirkels, met links het wapen van Anna van Hannover en rechts het wapen van de verenigde provincies. Links staat om het wapen: HONI SOIT QUI MAL Y PENSE en rechts staat om het wapen: EENDRAGT MAAKT MAGT. Omdat de rechter tekst korter is, is de ruimte ervoor en erachter opgevuld met twee bloemen. Boven de twee cirkelvormen staat een brede bladerkroon. Links draagt een geketende eenhoorn het schild van Anna, rechts een gekroonde leeuw het stadhouderlijk wapen. De ondergrond is een rechte lijn met een traptree als opstapje voor de voorpoten, onder de lijn staat een lambrequin als afsluitend versieringselement. Boven de tekstcirkels steekt een C-voluut en een enkel blad uit. Van de roker af is de ruimte opgevuld met het wapen van Gouda gekroond met eronder twee kruisende lauwertakken. Op de linker zijkant van de hiel staat het wapen van Gouda, de hiel is gemerkt met komfoor gekroond, toen gezet door Pieter Benjamin Lens (Lit. 2).


Kort ovaalvormig model pijpenkop uit de periode 1740-1750. De mal van deze pijp is identiek aan die van de hierboven geplaatste, maar ouder, meer versleten en weer opgewerkt. Daardoor zijn allerlei kleine verschillen in detail ontstaan. Er is nergens van de originele gravure afgeweken, alles is alleen net iets minder verfijnd omdat het een nabewerking betreft. De kwaliteit van de kop laat zich het beste lezen op de persnaden, waar de helften niet meer goed sluiten. Onder het wapen van Gouda is op de eerder geperste versie nog de moeite genomen de malnaad weg te werken met een kamstreek, later is dat nagelaten en zijn ook kleine klopsporen ter reparatie op het oppervlak van de pijpenkop zichtbaar.

Het merk komfoor gekroond staat op de bovenste pijp nog met de steel naar links, op deze pijp is het merk met de steel naar rechts gezet.